2.10.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 326/12


Motivering van de Raad: Standpunt (EU) nr. 12/2015 van de Raad in eerste lezing met het oog op de vaststelling van een verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1343/2011 tot vaststelling van een aantal bepalingen voor de visserij in het GFCM-overeenkomstgebied (General Fisheries Commission for the Mediterranean — Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee)

(2015/C 326/02)

I.   INLEIDING

1.

De Commissie heeft het in hoofde genoemde voorstel op 11 juli 2014 ingediend.

2.

De Groep intern en extern visserijbeleid besprak het voorstel tussen 18 juli 2014 en 8 januari 2015, tevens rekening houdend met de schriftelijke opmerkingen van de lidstaten (1).

3.

Het Europees Economisch en Sociaal Comité nam op 15 oktober 2014 zijn advies aan (2).

4.

Het Europees Parlement nam op 13 januari 2015 zijn standpunt in eerste lezing aan, en bevestigde daarbij de eerder door de Commissie visserij aangenomen amendementen.

5.

Op basis van het mandaat dat het Coreper op 21 januari 2015 aan het voorzitterschap had voorgelegd, hielden de instellingen trialoogvergaderingen op 2 maart 2015 en, op basis van een gewijzigd mandaat, op 26 maart 2015. Het bij die gelegenheid bereikte compromis werd op 8 mei 2015 door het Coreper onderschreven (3). Vervolgens deelde de voorzitter van de Commissie visserij van het Europees Parlement op 11 mei 2015 aan de Raad mee dat het Europees Parlement zonder amendementen in tweede lezing zijn goedkeuring zou verlenen aan het standpunt dat de Raad zou aannemen in overeenstemming met het politiek akkoord.

6.

De Raad bereikte op 19 mei 2015 een politiek akkoord over de herziene tekst.

II.   DOELSTELLING

7.

Het voorstel heeft tot doel Verordening (EU) nr. 1343/2011 te actualiseren door de opneming in het Unierecht van de verplichtingen die voortvloeien uit de instandhoudings- en controlemaatregelen die tussen 2011 en 2014 werden aangenomen door de Algemene Visserijcommissie voor de Middellandse Zee (GFCM — General Fisheries Commission for the Mediterranean).

III.   ANALYSE VAN HET STANDPUNT VAN DE RAAD IN EERSTE LEZING

A.   Algemeen

8.

De Raad bracht wijzigingen aan in het voorstel die enerzijds een uitvoering van de instandhoudingsmaatregelen beogen, die zo nauw mogelijk aansluit bij de op internationaal niveau overeengekomen aanbevelingen. De Raad wil zorgen voor een gelijk speelveld in het visserijbeleid in de Middellandse Zee. Anderzijds hebben de wijzigingen tot doel de gedelegeerde besluitvorming te vereenvoudigen en te moderniseren.

9.

Het Europees Parlement hechtte zijn goedkeuring aan 25 amendementen die soortgelijke problemen aanpakken. Wat de gedelegeerde besluitvorming betreft, hechtte het Parlement zijn goedkeuring aan de delegatie van bevoegdheden aan de Commissie, maar bouwde het tevens garanties in voor nationale maatregelen die inmiddels waren genomen om te voldoen aan de internationale aanbevelingen. De Raad wijzigde haar standpunt om tegemoet te komen aan een aantal amendementen van het Parlement over de inhoud, en paste een aantal procedurele bepalingen over gedelegeerde besluitvorming aan teneinde compromissen te kunnen bereiken.

B.   Voorschriften voor de Zwarte Zee en de Adriatische Zee

10.

De Raad wijzigde het verbod op trawlvisserij in kustgebieden van de Zwarte Zee om specifieke afwijkingen toe te laten die gerechtvaardigd worden door bijzondere omstandigheden die vermeld worden in de overeenkomstige GFCM-aanbeveling. De Commissie onderzoekt de door de lidstaten toegepaste afwijkingen.

11.

Met betrekking tot de beschermingsmaatregelen voor kleine pelagische soorten in de Adriatische Zee werden de Raad en het Parlement het eens over een technische wijziging in het toepassingsgebied van de maatregel.

C.   Exploitatie van rood koraal

12.

De Raad kwam tegemoet aan de bezorgdheid van het Parlement door een opsomming te geven van de verschillende overgangsbepalingen voor de geleidelijke afschaffing van op afstand bediende onderwatervoertuigen. Wat de toepassing van de afwijkingen betreft, voorziet het gewijzigde voorstel in een gedelegeerde handeling die door middel van een regionaliseringsproces is ontwikkeld; dit concept werd bij de hervorming van het gemeenschappelijk visserijbeleid geïntroduceerd. Voorts werd de wens van het Parlement om nationale maatregelen te vrijwaren tot uitdrukking gebracht in een overgangsmechanisme.

D.   Bescherming van mariene niet-doelsoorten

13.

De amendementen van de Raad stemden grotendeels overeen met die van het Parlement. Zij voegen enkele praktische elementen toe aan het vermijden van beschermde soorten en aan de specifieke behandeling ervan bij incidentele vangst.

E.   Registratie en rapportage

14.

In de amendementen van de Raad wordt een onderscheid gemaakt tussen informatie die vissers minimaal moeten registreren en geaggregeerde statistische informatie die de lidstaten aan de GFCM zullen verstrekken.

IV.   CONCLUSIE

15.

Bij het opstellen van zijn standpunt heeft de Raad het voorstel van de Commissie en het standpunt in eerste lezing van het Europees Parlement volledig in aanmerking genomen.


(1)  Doc. 12682/14 PECHE 392 CODEC 1743 + ADD 1 tot en met ADD 8 en 14123/4/14 PECHE 458 CODEC 1993 REV 4.

(2)  PB C 12 van 15.1.2015, blz. 116.

(3)  Doc. 8180/15 PECHE 141 CODEC 564.